Een gezond voedingspatroon is belangrijk! Het eten van vlees past daar goed in. Er zijn wel een aantal richtlijnen en adviezen van belang. Denk bijvoorbeeld aan de hoeveelheid vlees, bereidingswijzen en het toevoegen van minder zout. Ook voedselveiligheid is een onderdeel van gezond eten. Zorg ervoor dat jij alles weet over gezond eten binnen de slagerij, zodat je jouw klanten goed kunt adviseren.
Vlees is een belangrijke bron van eiwitten. Eiwitten zijn bouwstenen. Je hebt ze nodig om te groeien en voor de ontwikkeling van je spieren en organen. Kinderen, zwangere vrouwen, mensen met lichamelijk werk en sporters hebben meer eiwitten nodig dan andere mensen. Je hebt dierlijke eiwitten en plantaardige eiwitten. Je lichaam neemt dierlijke eiwitten beter op dan de plantaardige eiwitten. Dierlijke eiwitten vind je bijvoorbeeld veel in eieren, rundvlees en kip.
Vetten zijn brandstoffen. Ze geven je energie en zorgen ervoor dat je lichaam beter vitaminen opneemt. Vet is dus niet slecht, maar het is wel belangrijk dat je niet te veel vet binnenkrijgt. In vet zit veel calorieën. Als je deze niet verbrandt zorgt dit voor overgewicht. In vlees zit ook vet. De hoeveelheid vet is afhankelijk van het stukje vlees wat je kiest. Varkensvlees kan mager of vet zijn. Een stukje varkenshaas bevat minder vet dan een speklap. Andere voorbeelden van mager vlees zijn: kipfilet, kalfslapje of runderbiefstuk.
Vitaminen en mineralen beschermen je tegen ziekten. In vlees zitten onder andere vitaminen B1, B6 en B12. Vitamine B12 komt alleen voor in dierlijke producten en is belangrijk voor je gezondheid. Vitamine B12 maakt rode bloedcellen aan en zorgt voor een goede werking van het zenuwstelsel. Vooral rundvlees is een bron van vitamine B12.
In vlees zitten verschillende mineralen, waaronder zink en ijzer. Zink zorgt voor een goede werking van het immuunsysteem. IJzer is nodig voor het zuurstoftransport in het bloed. Je lichaam neemt deze mineralen beter op uit vlees dan uit plantaardige producten. Vooral in rood vlees zit veel ijzer en zink.
Het voedingscentrum geeft richtlijnen over een gezond voedingspatroon door de Schijf van Vijf. De richtlijn voor vlees is als volgt: “Eet maximaal 500 gram vlees per week, inclusief vleeswaren. Eet daarbinnen maximaal 300 gram rood vlees (vlees van rund, schaap, geit en varken). Dit is een maximum, minder of geen vlees eten kan ook.” Vlees past in de Schijf van Vijf omdat het een belangrijke bron is van voedingsstoffen zoals eiwitten, vetten, vitaminen en mineralen.
Je kunt ook een gezonde keuze maken door te kiezen voor magere bereidingsmethoden. Hieronder krijg je een aantal tips.
Gebruik een antiaanbaklaag. Zo heb je minder vet nodig om vlees te bakken. Iets vettere vleessoorten kun je zonder vet bakken.
Grill je vlees, in plaats van het te bakken. Zo heb je minder vet nodig.
Laat het bakvet warm worden voor je het vlees in de pan legt. Wanneer het vet niet warm genoeg is, schroeit het vlees niet snel genoeg dicht en neemt het meer vet op.
Je kunt sommige vleesproducten ook verpakken in aluminiumfolie en laten garen in de oven.
Zorg voor een goed formaat pan. Bij een te grote pan gebruik je meer vet.
Het volgen van voedingstrends is een manier om inzicht te krijgen in de behoefte van je klanten. Als slager is het dus handig om hier mee bezig te zijn. Vraag eens aan je collega’s welke trends zij opmerken.
Het volgen van voedingstrends is een manier om inzicht te krijgen in de behoefte van je klanten. Als slager is het dus handig om hier mee bezig te zijn. Vraag eens aan je collega’s welke trends zij opmerken.
Puur en onbewerkt houdt in dat mensen kiezen voor producten die niet of nauwelijks bewerkt zijn door de industrie. Het zijn producten die rechtstreeks uit de natuur, veeteelt of landbouw op het bord terecht komen. In de slagerij betekent dit dat mensen eerder kiezen voor een stukje ossenhaas of een karbonade. Een slavink of bakje filet américain zullen zij eerder laten liggen.
Steeds meer mensen eten lokale producten. Hierbij gaat het voedsel van het land direct naar de consument. Voordelen hiervan zijn dat de producten verser zijn, de lokale economie wordt gesteund en dat het milieu minder wordt belast doordat er minder transport is. In de slagerij kun je inspelen op lokaliteit door het vlees van runderen uit de buurt te kiezen of zelf runderen te houden.
Biologisch vlees is vlees dat geproduceerd wordt met respect voor de natuur, het milieu en de dieren. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat dieren midden in de natuur leven, boeren geen kunstmest gebruiken en het transport binnen het hele proces wordt geminimaliseerd.
Eiwitrijk voedsel is voornamelijk een trend onder sporters. Zij willen veel eiwitten eten om hun spiermassa te vergroten. Voorbeelden van eiwitrijk vlees zijn: kalkoenfilet, biefstuk, kipfilet en varkenshaas.
Steeds meer mensen gaan minder vlees eten. Sommige mensen kiezen dan voor een vleesvervanger. Hierin zijn verschillende mogelijkheden. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor hybride producten. Deze producten bestaan voor deel uit vlees en voor het ander deel uit plantaardige ingrediënten. Het vlees wordt dan aangevuld met groenten zoals wortel en ui. Een andere optie is om te kiezen voor een volledig vegetarisch product zoals een groente- of linzenburger. Er zijn ook mensen die het vlees niet vervangen maar bijvoorbeeld minder vaak in week voor een stukje vlees kiezen.
Voeding is een trendgevoelig onderwerp. Als slager is het belangrijk dat je op de hoogte bent en blijft van de voedingstrends van het moment. Door in te spelen op de voedingstrends laat je zien dat je meebeweegt met de klantvraag. Daarnaast is het een kans om je omzet te vergroten. Hieronder lees je meer over de huidige voedingstrends.
Slagerij Haverkort
Als slager kun je gezondere producten aanbieden omdat hier vaak minder zout en conserveermiddelen in verwerkt zijn. Je kunt daarnaast klanten adviseren in een gezonde keuze uit het assortiment en tips meegeven over het gebruik van zout.
Vers vlees bevat geen zout.
Koop verse producten. Kant-en-klaarmaaltijden, soepen en sauzen bij de slager zijn vaak ambachtelijk bereid en bevatten vaak minder zout en conserveermiddelen. Ze zijn daardoor vaak korter houdbaar dan producten uit de industrie.
Rookvlees, spek, salami en rauwe ham zijn relatief zouter door het productieproces. Kies liever kalkoenfilet, kipfilet of fricandeau als je minder zout wilt eten.
Breng je groente en vlees op smaak met (verse) kruiden. Gebruik geen ketjap, maggi, sambal en bouillonpoeder. Dit zijn erg zoute smaakmakers.
Kijk altijd goed op het etiket.
Worst- en vleeswarendeskundige
Het garen van producten doodt de bacteriën. Zijn niet gegaarde producten dus altijd minder veilig? Nee, dit is zeker niet zo. Paul van Trigt (worstmakerijdocent, adviseur en productontwikkelaar) vertelt er meer over.
Verduurzaamde producten zijn producten die niet gegaard zijn en toch veilig zijn om te eten. Denk bijvoorbeeld aan salami en chorizo. Er worden processen gebruikt om producten langer goed te houden. Door zout toe te voegen bijvoorbeeld. Zout zorgt er voor dat het vocht makkelijker uit het product kan. Hoe droger een product, hoe beter deze houdbaar is. Vocht is namelijk een voedingsbodem voor bacteriën. Je kunt vlees ook laten drogen. Dit gaat makkelijker in hogere gebieden, zoals bijvoorbeeld in de Alpen. Daar laat het vlees makkelijker vocht los.
Een andere manier is fermentatie. Hierbij zorgen goede bacteriën voor een PH-daling, waardoor er een sterk zuurmilieu ontstaat. Bacteriën hebben een hekel aan zuur.
Een laatste manier is roken. Dit doodt de schimmels aan de buitenkant van het product. Vroeger was dit noodzakelijk in vochtige gebieden, zoals in Friesland. In droge gebieden worden producten minder gerookt. Roken geeft het product ook een typische smaak.
Worst- en vleeswarendeskundige
Gezond eten heeft niet alleen te maken met de verschillende soorten vlees of de ingrediënten die ergens aan worden toegevoegd. Gezond eten heeft ook te maken met hygiëne en het goed bewaren van vlees. Dit noem je ook wel voedselveiligheid. Je kunt de klant verschillende tips meegeven over voedselveiligheid.
Leg rauw vlees zo snel mogelijk in de koelkast (max. 4 °C).
Bewaar vlees maximaal 2 dagen onder in de koelkast. Producten die langer bewaard moeten worden en daar geschikt voor zijn, kun je invriezen.
Gebruik niet dezelfde snijplank en hetzelfde mes voor rauw en gaar eten.
Verhit het product goed zodat bacteriën worden gedood. Dit is vooral belangrijk bij kip en varkensvlees.
Eet geen verbrand vlees. Hierin zitten schadelijke stoffen.
Voor een zwangere klant is voedselveiligheid extra belangrijk. Daarnaast is het belangrijk om te weten welke soorten vlees wel of niet geschikt zijn voor zwangere vrouwen. Welke tips heb jij voor een zwangere klant? Hier alvast enkele tips op een rij.
Eet alleen vleeswaren die gekookt, gebraden of gebakken zijn. Eet dus gerust een broodje gebraden gehakt, achterham of gerookte kipfilet.
Volledig gegaard vlees kan gewoon gegeten worden. Vlees verhitten doodt de bacteriën en parasieten.
Pas op met het eten van leverproducten. In lever zit vitamine A. Te veel hiervan is schadelijk voor de baby.
Eet geen rosé hamburgers, rosé biefstuk, rosbief, carpaccio, filet americain, salami en chorizo eten. Deze kunnen schadelijke bacteriën en de parasiet toxoplasma bevatten die schadelijk of zelfs dodelijk kunnen zijn voor het ongeboren kind.
Het is belangrijk dat je weet hoe vlees binnen een gezond voedingspatroon past. Je kunt klanten dan adviseren over de juiste hoeveelheid vlees, het soort vlees, de bereidingswijzen en de voedselveiligheid. Daarnaast is voeding trendgevoelig. Zorg er daarom voor dat je op de hoogte bent van de huidige trends zodat je erop in kunt spelen.
Wat is volgens jou gezonde voeding?
Hoe zorg jij ervoor dat je gezonde producten aanbiedt?
Wat doe jij om op de hoogte te blijven van voedingstrends?
Welke gezonde voedingsadviezen geef jij mee aan klanten?
Welke nieuwe inzichten over voeding heb jij gekregen door gesprekken met klanten?
Een gezond voedingspatroon
Organiseer een teamoverleg waarin jullie je ideen over gezonde voeding met elkaar delen. Bedenk met elkaar of jullie assortiment bij deze ideen past.
Stel ze de volgende vragen om van te voren over na te denken:
- Wat vind jij een gezond voedingspatroon?
- Wat mag je daarin wel eten of juist niet?
- Wat voor klantvragen krijgen we over gezonde voeding?
Houd jij de laatste voedingstrends bij? Wat vind je hiervan?
Minder zout en vet in producten
Soms kun je je producten meer verantwoord maken door de receptuur aan te passen. Je voegt dan bijvoorbeeld minder zout toe, of gebruikt alternatieve zoutvervangers. Bedenk of jouw producten een verantwoorde keuze zijn en of je hier iets in wilt veranderen.
Ben jij hier al goed mee bezig en heb je een tip voor een collega hoe je dit kunt doen? Deel deze en plaats een reactie op deze pagina.