Het geven van de juiste productinformatie is een belangrijk onderdeel van het werken in de slagerij. Dit komt door de wetgeving die het verplicht maakt en door klanten die steeds meer willen weten over een product. Er is wel een duidelijk onderscheid tussen verplichte productinformatie voor voorverpakte en niet-voorverpakte producten. In dit magazine word je meegenomen in het verschil tussen de voorverpakte en niet-voorverpakte producten, de verplichte productinformatie en de manier waarop je productinformatie kunt geven.
Bij het geven van productinformatie is het onderscheid tussen voorverpakte en niet-voorverpakte producten belangrijk.
Voorverpakte producten zijn verpakte producten die meerdere dagen in de winkel kunnen liggen, diepvriesproducten en verpakte producten van derden.
Voorbeelden van voorverpakte producten zijn: soepen in pot en gevacumeerde rookworsten maar ook maaltijden en snacks.
Niet-voorverpakte producten zijn producten zonder verpakking, producten die bij de verkoop worden verpakt en producten die verpakt zijn in je eigen slagerij en een hoge omloopsnelheid hebben.
Voorbeelden van niet-voorverpakte producten zijn: vers vlees, vleeswaren en maaltijden die bij aankoop pas verpakt worden of al in een verpakking gedaan zijn met het oog op onmiddellijke verkoop.
Productinformatie moet je geven bij voorverpakte en niet-voorverpakte producten. Welke productinformatie je moet geven en hoe je deze informatie geeft, verschilt wel voor voorverpakte en niet-voorverpakte producten.
Productinformatie moet je geven bij voorverpakte en niet-voorverpakte producten. Welke productinformatie je moet geven en hoe je deze informatie geeft, verschilt wel voor voorverpakte en niet-voorverpakte producten.
Informatie die bij elk product op het etiket moet staan is:
Bij vers vlees (gekoeld, bevroren en vers) moet er meer informatie op het etiket staan. Bij al het vers vlees moet het slachtdier worden vermeld.
Als het gaat om rundvlees, dan moet je ook het volgende vermelden:
De herkomstvermelding van rundvlees komt niet uit Verordening 1169/2011, maar uit de Verordeningen 1760/2000 en 1825/2000.
Als het gaat om varkens- pluimveevlees en schapen-/geitenvlees, dan moet je vermelden:
Let op! De geboorteplaats hoef je niet te vermelden. Maar als de geboorteplaats ook de plaats is waar het dier is gehouden én de plaats is van de slachting, dan vermeld je alleen ‘oorsprong’. De geboorteplaats heeft dus wel invloed op de manier van vermelden.
Deze manier van vermelden is afkomstig uit Uitvoeringsverordering 1337/2013 artikel 5.
De voedingswaarde moet alleen vermeld worden op voorverpakte consumentenproducten die aan een ander bedrijf geleverd worden en als het bedrijf een erkenning heeft. De voorverpakte producten die een erkend bedrijf zelf rechtstreeks aan consumenten levert, hoeven dus niet voorzien te zijn van de voedingswaarde.
Met ingang van 1 januari 2023 is het voor verkopers van koelvers pluimveevlees (voorverpakt en niet-voorverpakt) verplicht een kader met pictogrammen en begeleidende tekst op of met het product mee te geven. Daarmee wijs je de consument op het belang van hygiëne bij het bewaren en bereiden van pluimveevlees. Dat gebeurt met het oog op risico’s voor een infectie met salmonella of campylobacter. De waarschuwingsplicht geldt niet bij diepgevroren of gegaard pluimveevlees.
Een voorbeeld van de pictogrammen vind je hier: https://www.knsnet.nl/stream/etiket-pluimvee52x18mm.jpg
Bij voorverpakte producten geldt een volledige etiketteringsplicht. Dit betekent dat op alle voorverpakte producten een etiket moet zitten met de verplichte informatie. Hieronder lees je welke informatie dat is.
Naast de verplichte informatie, kun je ook extra informatie toevoegen aan een etiket. Hieronder zie je een aantal voorbeelden van andere slagers.
Geef op het etiket meer informatie over het bewaaradvies.
Zet op het etiket ook een bereidingsadvies neer.
Komt een product uit eigen slagerij? Vermeld dit op het etiket.
Op het etiket kun je ook tips geven over hoe je een product kunt combineren.
Bij niet-voorverpakte producten is geen verplichte etikettering van toepassing. Wel moet je bepaalde informatie over het product kunnen geven. Het is altijd verplicht om de naam van het product en de prijs te benoemen. Als het gaat om vers vlees, dan moet ook de naam van het slachtdier benoemd worden. Bij alle producten is het ook verplicht dat je allergeneninformatie kunt geven. Wil je hier meer over weten? Kijk dan in het magazine ‘Allergenen’.
De manier waarop je informatie geeft over niet-voorverpakte producten, is ook anders dan bij voorverpakte producten. Bij niet-voorverpakte producten kun je productinformatie geven door het op een toonbankkaartje te zetten of tijdens het verkoopgesprek. Hierbij is het wel belangrijk dat iedereen in de slagerij dezelfde kennis heeft of weet waar de juiste informatie te vinden is.
In een klantgesprek kun je meer informatie vertellen dan alleen de verplichte productinformatie. Geef bijvoorbeeld bereidingsadvies of advies over productcombinaties.
In een klantgesprek kun je meer informatie vertellen dan alleen de verplichte productinformatie. Geef bijvoorbeeld bereidingsadvies of advies over productcombinaties.
Geef klanten niet alleen de verplichte productinformatie. Vertel bijvoorbeeld ook iets over een bereidingsadvies of specifiek kenmerk van het vlees.
Zorg ervoor dat alle collega’s de juiste productinformatie kunnen geven. Zorg voor een plek waar de informatie te vinden is en geef bijvoorbeeld een training.
Maak gebruik van een systeem dat op basis van receptuur een volledig etiket met ingrediëntenlijst met allergenen kan maken.
Het geven van productinformatie is wettelijk verplicht. Op voorverpakte informatie moet een etiket zitten met de verplichte productinformatie zoals naam, prijs, ingrediëntenlijst, houdbaarheidsdatum en wijze van bewaring. Daarnaast zijn er nog specifieke regels voor vers vlees. Het is belangrijk dat je weet welke verplichte productinformatie op het etiket moet staan en dat je controleert of het etiket klopt.
Bij niet-voorverpakte producten moet de naam en prijs van het product genoemd worden en moet bij vers vlees ook de naam van het slachtdier benoemd zijn. Daarnaast moet je de allergeneninformatie kunnen geven. De productinformatie kun je geven via het toonbankkaartje of tijdens het verkoopgesprek.
Hoe maak jij het onderscheid tussen voorverpakte en niet-voorverpakte producten?
Bevatten de etiketten de juiste informatie?
Hoe verstrek jij productinformatie in je verkoopgesprek?
Ben jij op de hoogte van alle productinformatie?
Eigen etiketten
Vergelijk etiketten van soortgelijke producten met elkaar. Hoe zit jullie etiket van bijvoorbeeld een rookworst eruit? Hoe verschilt dit van het etiket in de supermarkt? Welk etiket is duidelijker of aantrekkelijker en hoe komt dat? Ga hierbij na wat je aan je eigen etiket kunt verbeteren.
Mondeling geven van productinformatie
Veel producten hebben geen etiket. Toch moet je hier wel de juiste informatie over kunnen geven. Oefen samen met een collega hoe jij de juiste productinformatie kunt geven tijdens een klantgesprek. Welke informatie geef je? Hoe zorg je ervoor dat de informatie duidelijk is voor de klant? Wat doe je al je niet de juiste kennis hebt?